Met 130 km/h over je website
20/12/2019Waar Martien Meiland roept ‘wijnen wijnen’, is het voor ons tijd om te ‘metaforen metaforen’. Doe daar het schouderdansje bij en je hebt het complete plaatje. Het internet is als een groot wegenstelsel waar bezoekers overheen sjezen om daar te komen waar ze willen zijn. Hoe zorg je ervoor dat een bezoeker soepel over jouw website beweegt? Dat ze geen onnodige drempels tegenkomen, ergens tegenaan botsen, vertraagd worden of zelfs omkeren? Pak lekker een kop koffie, thee of natuurlijk wijn, wij gaan metaforen.
Asfalt of klinkers?
Het internet is dus als een wegenstelsel, waar je website een weg is in het geheel. Hoe belangrijker jouw weg is en hoe fijner hij rijdt, hoe meer mensen eroverheen willen gaan. De tekst op je website is als het materiaal waar de weg van is gemaakt. De bezoekers gebruiken de teksten om daar te komen waar ze willen zijn. Met de tekst kun je de bezoekers de goede richting in sturen.
Wat voor tekst je aanlegt is afhankelijk van het soort bezoeker. Maar ook de pagina en het apparaat waar ze op kijken. Een hobby site van ome Wim heeft heel ander publiek. De mensen die daar komen, nemen lekker de tijd om er met 15 a 20 km/h overheen te tuffen en alles te bekijken. Drempels en oneffenheden in de weg worden zonder commentaar genomen. Klinkers zijn op zo’n weg prima.
Commerciële websites hebben echter hele andere webgebruikers. Die hebben een bepaald doel en daar willen ze zo snel mogelijk komen. Ze komen wellicht van de grote afslag (Google) en willen met 130 km/h direct naar hun bestemming toe gaan. Als ze dan op een weg komen met klinkers of veel drempels en stoplichten, dan keren ze direct om naar de Google afslag. Ze pakken de volgende afrit naar de site van je concurrent. Daarom ligt er op jouw website goed geletterd asfalt met duidelijke wegwijzers en goede in- en uitvoegstroken.
Online rijdt niemand MONO
Bedenk dat er veel mensen op hun telefoon zitten, terwijl ze over je weg racen. Dat is een stuk lastiger manoeuvreren. Online worden daar geen boetes voor uitgedeeld. Integendeel, dat wordt alleen maar normaler. Uit onderzoek van Criteo blijkt dat meer dan de helft van de aankopen tegenwoordig op een mobiel gedaan wordt, waarvan bijna de helft weer via een app. Zorg daarom dat jouw weg daarvoor geschikt is. Nog meer dan voor de desktop. Het nieuwe werken is daarom: maak je website en schrijf teksten voor de mobiel, en pas je desktopversie daarop aan! In plaats van andersom.
De Hoofdweg
Mensen komen meestal op verschillende manieren op je homepagina. Ze hebben bijvoorbeeld de URL ingetikt, komen via een link op een website of hebben je gevonden in de zoekmachine. Het doel van de hoofdweg van je website is echter vrijwel altijd hetzelfde: webgebruikers in goede banen leiden. Van welke kant de bezoeker ook komt, hij wil graag weten waar hij is, wat hij hier kan en waar hij heen kan gaan. Op een snelweg zie je overal hectometerpaaltjes langs de weg met daarop welke weg het is en de maximale snelheid, lijnen die aangeven waar je moet rijden en bewegwijzering met plaatsnamen en de afstand.
Hectometerpaaltjes
Op jouw site zijn de hectometerpaaltjes andere elementen die direct vertellen op wat voor site ze zijn. Denk bijvoorbeeld aan het logo, afbeeldingen, maar ook titels en tussenkoppen. Een logo is een opvallend element waar veel bezoekers naar kijken. Zorg dat deze op de plek staat waar mensen hem verwachten. Je verwacht een hectometerpaaltje naast de weg en niet midden op de weg of onder een verkeersbord. Daarom verwachten ze het logo ook bovenaan. Als je logo niet direct vertelt wat voor bedrijf je bent en/of waarom je op deze site moet zijn, gebruik dan een tagline onder het logo die dat wel doet.
Lijnen op de weg
De lijnen op een weg zorgen dat de weggebruiker weet waar hij moet rijden. Dit kun je voor de webgebruikers met de tekst, afbeeldingen of andere elementen ook bereiken. Op verschillende manieren kun je de kijkrichting beïnvloeden.
Door veel korte alinea’s te maken, creëer je soort horizontale lijnen, die de lezer wat afremmen. Dit werkt goed op pagina’s waar de lezer meer diepgaande informatie wil hebben. Op andere pagina’s willen de bezoekers misschien juist in volle vaart over de pagina sjezen, maar toch de belangrijkste informatie oppikken. Dit doe je met:
- Opsommingen
- Sterke tussentitels
- Dikgedrukte woorden
- Aparte kleur
- Buttons en links
- Afbeeldingen die ergens naar wijzen of kijken
- Witregels
Bewegwijzering
Een webgebruiker wil graag weten waar hij heen moet. Soms is dit een bestemming die hij in z’n hoofd heeft. Maar vaak ook een bestemming waarvan jij hem hebt overtuigd. Je kunt een bezoeker sturen met persuasieve marketingtechnieken, maar ook door middel van je navigatie. Een wegwijzerbord op de weg heeft geen commercieel doel, alleen informatief. Toch kunnen we er voor commerciële websites veel van leren.
Het blauwe bord waar je met 130 km/h onderdoor dendert, is geoptimaliseerd op jouw snelheid. Daarom staat er de informatie die jij wil zien en niet meer. Belangrijke plaatsen zoals grote steden staan bovenaan, specifieke bestemmingen staan in een wit kader en restaurants of parkeerplaatsen worden aangeduid met een icoon. Op een landweggetje staan juist de namen van restaurants, parken en hotels, omdat daar gerichter publiek is.
Doe dit ook op jouw website. Zet belangrijke informatie vooraan en schrap wat overbodig is. Zorg dat als je snel over jouw pagina scant, je alle belangrijke informatie ziet. Bedenk ook dat veel lezers niet dezelfde kennis hebben als jij. Hou dit altijd in je hoofd als je schrijft en schrijf voor een leek. Gebruik liever te makkelijke woorden dan ‘interessante content’.
Online schrijf je ook voor de zoekmachine, maar die koopt je producten niet, dus zoek een balans tussen gebruiker en zoekmachine. Liever meer lezer- dan botvriendelijk.
Navigatie naar winst
Er zijn verschillende vormen van navigatie op een website. Je hebt natuurlijk het hoofdmenu met eventueel submenu’s, buttons en tekstlinks. Allemaal hebben een eigen functie. Een automobilist moet wachten op een afslag, maar een website bezoeker hoeft niet eerst een alinea uit te lezen voor hij van de pagina af kan. Daarom is het belangrijk om de webgebruikers op het moment dat hij wil afslaan te wijzen waarheen.
Reactiesnelheid is te beïnvloeden
Met Tekstlinks zorg je ervoor dat je de lezers, op het moment dat ze naar een andere pagina willen, precies naar de juiste pagina stuurt. Dit heeft als voordeel dat hij niet af hoeft te wijken door naar het hoofdmenu te gaan. En vooral dat ie in het hoofdmenu, niet naar de specifieke link hoeft te zoeken.
Een tekstlink valt goed op, wat weer goed is voor de scanbaarheid van je webpagina en het sturen van de webgebruikers. Het kan zomaar zijn dat iemand de tekstlink leest zonder de tekst ervoor te hebben gelezen. Zorg daarom dat het onderwerp waar de link naar verwijst duidelijk is. Gebruik geen dingen als ‘klik hier’ of ‘meer informatie’. Zo scoor je ook nog eens beter in Google.
Ook buttons zijn een mooie manier om de lezer op het juiste moment te verwijzen en passen vaak wat beter in het design. Buttons vallen extra goed op en je kunt mooi een alinea of blok schrijven naar een call to action toe en dan een duidelijke button onder het stuk zetten. Ook hier geldt natuurlijk weer dat de lezer niet de tekst ervoor gelezen hoeft te hebben. Probeer daarom zoveel mogelijk het onderwerp van de link op de button te zetten. Echter heb je bij een button vaak ook te maken met vormgeving en is dit niet altijd mogelijk. Wees hierin creatief of kies voor de meest duidelijke manier.
Vermijd files
Niks zo vervelend als in de file staan. Stel nou dat je een file aan ziet komen, en precies op dat moment verschijnt er een afslag naar een andere weg. Deze gaat naar dezelfde bestemming, is net zo lang rijden, maar er is 0 file. Hoe fijn zou dat zijn? Welkom op het online wegenstelsel.
Er zijn veel oorzaken die file veroorzaken op een website. Soms is het goed om de webgebruiker af te remmen, maar op de 130 km/h pagina’s beslist niet. Als je bovenstaande tips toepast, dan vermijd je filevorming al voor een groot deel. Echter is er nog een element wat voor veel vertraging zorgt. En dat is lastig leesbare tekst. Als je weet wat er staat, leest een zin veel makkelijker. En dat is wat er gebeurt als je zelf schrijft. Jij weet tenslotte wat je wil vertellen en vormt de zin in je hoofd.
Om te voorkomen dat je file creëert in jouw tekst, lees je jouw tekst hardop. Ja echt hardop. Elke zin die je jezelf niet vloeiend hoort voorlezen, gaat opnieuw in de maak. Net zolang tot hij wel goed over je tong rolt. Als je tekst af is, lees je de hele tekst nogmaals hardop. Leest hij nog steeds vloeiend? Nog beter natuurlijk om (ook) iemand anders hem hardop te laten voorlezen, zeker als je zelf moeite hebt met lezen of juist erg goed kan lezen.
Schrijven voor mobiel in vogelvlucht
Schrijven voor een mobiel is eigenlijk zoals je schrijft voor het web 2.0. Dus kort, krachtig, direct en scanbaar, maar dan nog korter, krachtiger, directer en scanbaarder (is dat een woord?). Hoe je precies schrijft voor een telefoonscherm, is meer iets voor een volgend artikel, maar hier wat snelle tips:
- Titels worden nog korter en mega intrigerend.
Eigenlijk moet je in één oogopslag niet meer onder het stuk lezen uit kunnen komen. - Zet je belangrijkste informatie op de belangrijkste plekken
Titels, afbeeldingen, vooraan etc. Bedenk ook: mobiele lezers kijken vooral naar het midden van hun scherm. - Schrijf korte zinnen en alinea’s.
Druk vaker dan je gewend bent op de enter knop tijdens het schrijven. Schrijf directer en gebiedend. - Vermijd struikelwoorden zoals jargon en lastige woorden.
- Gebruik afbeeldingen die je verhaal vertellen.
Je weet hoeveel woorden een afbeelding bevat… Maar zorg wel dat de afbeelding deze woorden bevat. Zo niet, dan beter geen afbeelding. - Schrap, schrap, schrap
En als laatste tip wil ik nog meegeven: lees je tekst hardop voor op een telefoon. Of zelfs: schrijf je tekst op een mobiel. Dan zie je direct je tekst op een telefoonscherm en daarnaast schrijft dat minder fijn en ga je automatisch korter schrijven.